Shalom Israël
Jarenlang gebukt onder de haat
En het oorlogspel
In het land waar jij op staat
Israël
Shalom Israël
De leed waar jij onder kreunt
Want jij leeft in een hel
Je hebt mijn steun
Israël
Shalom Israël
Wanhoop niet want de redding is nabij
Hij heeft het verteld
Als de bazuin klinkt dan komt Hij
Dan is het shalom, Israël
Drie jaar geleden was je nog maar acht
Toen ik jou voor de allereerste keer zag
Was je gewoon nog maar zeven
De zomer die er op volgde
Was mooi en warm, nog net geen hittegolf
Dat was heerlijk leven
Nu ben je elf
Je bent geen kindje meer
Je komt in nieuwe tijden
Je wordt groter en misschien ook wel wijzer?
Nog even je wordt volwassen, bijna
Wat er ook gebeurt, maak je geen zorgen
Ga op pad en wees niet bang voor morgen
En ga, ga met Yeshua
Want nu ben je elf
Je bent geen kindje meer
Zeg eens tegen jezelf
‘Ik word al een heer’
Je stapt de auto in
Doet de gordel om en start
Koppeling in en in zijn één
De zenuwen spelen met je hart
Je rijdt weg maar je hoofd zegt: ‘nee’
Je rijdt door de stad
Met duizend auto’s, fietsers en voetgangers
Stoplicht springt op groen, alles rijdt door elkaar heen
Je zenuwen springen op hol en maken je steeds banger
Je denkt: doe toch niet zo gemeen
Je rijdt de snelweg op
Een weg met zes rijstroken
En alles rijdt nog steeds door elkaar heen
De zenuwen maken je kapot, je bent gebroken
Je zegt: ‘angst, ga weg, nu meteen’
Je rijdt verder door het land
Op de snelweg ergens naartoe
Je merkt: ‘ik heb geen angst meer’
Je krijgt de moed
instrumentaal
Het is vijf jaar geleden
Dat ik jou leerde kennen
Op de sociale media
Het was een koude januaridag
In een klein verleden
Lang geleden…
Ik woonde toen nog in Sliedrecht
Tussen het land en de rivier
In de straat naar het station
Jij woont nu nog steeds in Ieper
Met haar straten zo slecht
Maar jij woont er met plezier
We zijn nu zoveel jaren verder
We spreken van een hechte vriendschapsband
Laten we nog duizend jaren verdergaan
In volle glorie en vreugde
Onder de vleugels van een herder
Zes jaren telt de tijd
Vrienden sinds tweeduizendtien
Het is een heel groot feit
Dat ik mag zeggen: ik heb je gezien
Overal en nergens
Als Zwarte Piet, als goochelaar
Als een zwerver in het circus
Ik vind het een mooi gebaar
Dat jij mijn vriend bent
Zes jaren telt de tijd nu
Al van tweeduizendtien
Vrienden continu
Laten we nog jaren bij doen
Je ziet de ellende om je heen
Het is net een game
Toch blijf je positief
Je hoort het geknal van de oorlogen
Toch zie je de wereld in gelovige ogen
Je hoort de medemens ruziemaken
Je hoort hem harde woorden kwaken
Toch blijf je lief
Al voel je de koude blikken in z’n ogen
Toch blijf je de wereld zien in gelovige ogen
Je leest het in de kranten
Over tienduizenden immigranten
Die het land binnenstromen
Je maakt je geen zorgen van wat ze doen mogen
Want je bekijkt het in gelovige ogen
De halve wereld bezaait met erge ziektes
Die zo nodig de hele mensheid moeten verzieken
Misschien ga jij er ook niet van ontkomen
Toch ben je opgetogen
Want je ziet het in gelovige ogen
Je leest van alles over klimaatveranderingen
Van natuurrampen, honger, aardbevingen
Je maakt je geen zorgen voor de toekomst
Want door dat alles zie je duizend regenbogen
Je ziet het in gelovige ogen
Je hoort het een en ander over een komend wereldrijk
Cash geld verdwijnt en een onderhuidse chip wordt belangrijk
Je bedenkt: ‘het is nabij, de Wederkomst’
Al voel je de dreiging in hun boze ogen
Je kijkt er al naar uit en verlangt naar Hem in gelovige ogen
Oh, kindje van drie
Wat lig je daar stil
Op een verlaten strand
Ver weg…
Oh, kindje van drie
Het heeft niet mogen zijn
Daar lig je dan
Wat een pech…
Kleine vluchteling
Je kwam van verre
en je ging naar verre
Maar er nooit bereikt…
Kleine vluchteling
Daar ben je dan
Waar je nooit meer hoeft te vluchten
In Zijn Koninkrijk
Mensen maken ruzie
Over van alles
Er is maar 1 conclusie:
Het is een succes
Mensen maken ruzie
Over kleine dingen
Er is maar 1 conclusie:
Ze staan niet te swingen
Want terwijl de mensen ruzie maken
Waait de wind lekker door
Rijdt het verkeer onder de bomen
Wordt de rust verstoort
Door harde woorden als in stromen
Mensen maken ruzie
Soms ook over grote dingen
Door dom gedrag of jaloezie
Ze zouden elkaar bijna de nek omwringen
Want terwijl de mensen ruziën
Waait de wind lekker door
Onder de bomen lopen nog steeds de mensen
Wordt de rust verstoort
Door ziektes die men elkaar toewensen
Kennen zij vrede?
Zestien uur, einde schooldag
De bel gaat, je pakt je tas
Je staat op, je loopt naar de gang
Je zoekt naar je jas
En wandelt naar je fiets
Of naar de bus
Je bent klaar
Klaar om naar huis te gaan
Achttien uur, einde werkdag
Je pakt je tas en klokt uit
Je wandelt naar je fiets
of naar de wagen, vooruit
Op naar huis, voor de buis
Wat zal er te zien zijn?
Hoe dan ook, je bent klaar
Klaar om naar huis te gaan
Zoveel jaren later, einde levensdag
Laatste seconden van je bestaan
Iemand roept jou: ben je klaar
Ben je klaar om naar huis te gaan?